Dag 15… 18 Terschelling Deel 1. “Onderstromen”
– Leestijd 7 min –
Dag 15. Camping ‘Dennedune’ & Wasdag
Oh, wat heb ik heerlijk geslapen bij Hotel Koegelwieck. Het ontbijt dat mij wordt voorgeschoteld, ligt volledig in lijn met het diner van de avond ervoor. In de ochtendzon, eet ik mij op het tuinterras, rond aan de verse broodjes, yoghurt en suikerbrood.
Tas op, de straat uit en tent opzetten bij ‘Dennedune‘, de oudste minicamping van het eiland, net buiten het dorpje Hoorn. Het is een uitstekende dag om de was te doen en niet veel later hangt mijn uitrusting, in de ideale combinatie van warmte en wind, te drogen.
In het aangrenzende bos, maar eens opzoek gaan naar een fijne plek voor wat meditatie en aansluitend het avondeten. Dat blijkt niet zo gemakkelijk en het kost mij een tijdje om een geschikte locatie, uit de wind, met uitzicht over de open heide te vinden.
Top, tijd om mijn geest te kalmeren en gedachten te ordenen Auw, fuck.. . Een kolonie rode mieren begint via mijn voeten, over mijn benen omhoog te kruipen. Grr, verder zoeken, maar overal waar ik kijk, zitten die rode duivels.
Een stukje verderop, op een heuveltje temidden van het rode mieren bolwerk, spot ik een paar zwarte mieren! “Goed teken, zij houden die agressievelingen wel buiten”, dacht ik. Gelukkig bleek dat waarheid en na mijn zen moment en eten, loop ik terug naar de camping en rits ik mijn tent dicht, voor de tweede nacht op Terschelling.
Dag 16. De Boschplaat, +30KM
De benen en voeten voelen fris en fruitig vandaag en dat is maar goed ook. De oostelijke helft van Terschelling, bestaat namelijk uit een vogelreservaat, genaamd ‘De Boschplaat’ een wandeling van meer dan 30KM vanaf mijn tent– dat gaan we lopen.
Omdat ik de fietspaden zoveel mogelijk probeer te vermijden (de elektrische fietsen vliegen je om de oren), zoek ik de kleine voetpaadjes op. Na kris kras door de duinen te hebbem gebanjerd, gaat het pad over in één lang stuk, langs de duinen van de Boschplaat. Ik geniet van het lopen en de wijdse uitzichten over het vergestrekte wijdeveld, tot aan het oostelijke strand.
Zoals verwacht, zie ik Ameland liggen, met de vierde vuurtoren van de reis. Even verderop, komt de boswachter, met een lange wandelstok, op mij aflopen. Na wat woordenwisseling over de schoonheid van deze plek, wijst hij mij een stuk waar een kolonie zwartkop-meeuwen aan het broeden zijn.
Met die informatie en de melding dat ik niet via de zuidkant, over de waddenplaat kan teruglopen (had ik op de heenweg moeten doen met laag water, handig om te weten voor de volgende keer), eet ik mijn lunch bij de zwartkop-meeuwen en loop ik via de noordkant van het eiland terug, over het mulle zand. Onderweg kom ik nog, met de perfecte timing, langs het ‘Drenkelingen Huisje’– een hele horde mensen loopt zojuist weg van de bezienswaardigheid.
Terug op de camping sluit ik af met een Fruitsalade en komt Joop, de vader van een campinggast, mij vergezellen met een borrel en zijn levensverhaal, terwijl de laatste zonnestralen van de dag achter de bomen zakken.
Dag 17. Rustdag, Schrijven & Lezen
Niet veel anders dan de titel beschrijft. Het net nieuw verschenen boek ‘Time Bender’ van Tijn Touber, nam mij mee in tijd, ruimte en sociaal-maatschappelijke vraagstukken.
Dag 18. Wrakken museum, Midlands, Molen
Een onderstroom van onrust speelt in mij. Na het genot op Vlieland, lukt het mij niet om hier mijn draai te vinden. Er is meer drukte, meer akkerbouw en de sfeer op het eiland voelt anders.
Mijn dag begint met ontbijt bij het koffiehuisje in het dorp. Ik schrijf wat aan mijn blog en besluit om vandaag naar Milands te lopen.
Onderweg drink in de (speel)tuin van het ‘Wrakkenmuseum‘ een kopje filterkoffie; een stukje verderop loop ik koffiemolen aan, waar ik maar besluit om thee te drinken (al genoeg cafeïne de afgelopen dagen) en een cranberry kwarktaartje eet. Doorlopen naar Midlands.
Midlands blijkt uit een woonwijk, met een kerk en één winkelstraat te bestaan, wat meer op een lang terras lijkt. Het is druk en in mijn huidige staat, wordt ik daar niet gelukkiger van, dus dan maar weer terug naar de camping.
Onderweg haal ik boodschappen voor een uitgebreide lunch in het bos; een spelletje cribbage met mijzelf– de ander won; lezen; avondeten en de tent in. Terwijl het vraagstuk over hoe ik naar Ameland moet komen, in mijn achterhoofd spookt…