… 117. Terugkeer

… 117. Terugkeer

september 19, 2021 Uit Door dereizendetherapeut

– Leestijd 8 min –

“A longing to wander tears my heart when I hear trees rustling in the wind at evening. If one listens to them silently for a long time, this longing reveals its kernel, its meaning. It is not so much a matter of escaping from one’s suffering, though it may seem to be so. It is a longing for home, for a memory of the mother, for new metaphors for life. It leads home. Every path leads homeward, every step is birth, every step is death, every grave is mother.”

Herman Hesse – Bäume, Betrachtungen und Gedichte

De Ruigenhoek

Het gevoel van heimwee heeft zich naar de achtergrond bewogen en ik kijk met een ‘open mind’ naar de het laatste deel van mijn tocht. Het enige wat ik mij heb voorgenomen, is om niet te haasten en zoveel mogelijk van het moment te blijven genieten.

Westeinder laat ik achter mij, en ik wandel langs de ringvaart bij Lijmuiden en Oude Wetering, waarna ik via Abbenes in westelijke richting op de kust af koers– een stukje om, maar zo vermijd ik de 60km/h wegen die de weilanden in geordende rechthoeken verdelen.

Rond de middag bereik ik Lisse en bij toeval, is er die dag markt. Ik haal verse producten, waarna ik opzoek ga naar de horecagelegenheid om te lunchen. Een Italiaans restaurantje spreekt mij wel aan en even later, geniet ik van een van de lekkerste pizza’s die ik ooit heb gegeten!

Na een halve pizza, ben ik al voldaan en ik vervolg mijn weg naar de natuurcamping die ik voor vanavond voor ogen heb. De route stuurt mij langs de Keukenhof, maar in de verste verte is er geen bloemenperkje te bekennen– het enige bloemstuk wat ik zie, is een kunstwerk als een stoel, wat op een trailer wordt vervoerd.

Mijn humeur is op-en-top, wat resulteert in een dansje op een uitkijktoren vlak voor de camping en een grote glimlach op mijn gezicht– het leven is mooi! Dat geldt ook voor de camping waar ik terecht kom en de vrijwilligers die het beheren. Na wat gezellig gesprek en kennismaking, tuig ik voor de komende twee nachten mijn tent op.

“Doe iets, maar laat het vreugde voortbrengen. Doe iets, maar laat het extase opleveren.”

Henry Miller

Twee dagen vermaak ik mij in de duinen en op het strand. De tweede avond verlaat ik pas laat het strand en loop uiteindelijk in het donker, over de onbekende paden, terug naar de camping. Na de twee nachten begint zich weer zin te ontwikkelen, om verder te gaan en met mijn hele huishouden op mijn rug, loop ik door de duinen richting het strand.

Amsterdamse Waterleiding-Duinen

Toch bereik ik het strand niet. Temidden van een oase in het duingebied, met een bos loofbomen, vind ik een ideale plek om te wildkamperen. Het is nog vroeg in de middag, maar een primitieve ingeving, zorgt voor tijdverdrijf en ik maak twee pijlen als cadeautjes voor mijn neefje en het zoontje van een vriend van mij, met mooie veren die ik ook op die plek vind.

Ik kijk de zonsondergang en de volgende ochtend begroet ik hem– tijd om verder te gaan.

Omdat ik al vroeg op pad ben en Zandvoort niet ver is, heb ik nog de hele middag voor mij als ik de boulevard op loop. Ik haal een uitgebreide lunch en neem de tijd om die, uitkijkend over het strand, op een bankje te nuttigen. Tijd voor een kopje koffie en ik loop naar een tentje ‘Blue Zone’.

Ik neem plaats op het terras en bestel koffie bij de Australische eigenaar. Een heerlijk bakkie en ik besluit een tijdje te blijven, om aan mijn blog te werken en een reden te hebben om nog een kopje te drinken. Gezien mijn reis bijna ten einde raakt, trakteer ik mijzelf op een worteltaart, die de eigenaresse verkondigd als: de lekkerste van Nederland– het zou best kunnen, want het is met kop en schouders de lekkerste die ik ooit heb gegeten!

Kennemerduinen

Het wildkamperen van de afgelopen nacht beviel me goed en ik besluit om in de Kennemerduinen eveneens een niet-legaal kampeerplekje op te zoeken. De Kennemerduinen, wat een mooi stukje Nederlandse natuur is dat! Na mij goed te hebben geörrienteerd op de hoogste duin en uitkijkpunt ‘De Hazenberg’, loop ik in de richting van een stuk bos, waar ik een plekje voor mijn tent hoop te vinden.

“Trouw bestaat wanneer de liefde groter is dan het instinct.”

Paul Carvel

Of het nou de vorm van terrein was, het gekras van een roofvogel, of mijn eigen instinct, bij bankje KD-28, loop ik het bos in en kom bij twee potentiële staplekken uit. Niet perfect, maar toch behoorlikk goed en ik haal mijn tas, die ik aan het pad heb laten staan en loop terug naar de kampeerspots. En dan… een paar meter verderop, net buiten de bomengrens, valt mijn oog op wat uiteindelijk de mooiste kampingplek van mijn reis wordt.

Een idyllisch stukje Nederlandse natuur; een plek aan de rand van het bos, met ver uitzicht over de duinen richting het strand; en beschut van de paden, door een duin die mijn tent aan het zicht onttrekt– beter wordt het niet.

Ik verzamel mijn kookspullen en eten, om een van mijn laatste avondmaaltijden te bereiden en loop naar de top van de duin waar ik vanaf mijn kamp op uitkijk. Ik ben bijna op de top, als ik op de volgende duin een vosje spot. Met mijn verrekijker in de aanslag, sluip ik op het dier af en kom op zo’n 15m afstand, voor hij mij door krijgt en geruisloos van het toneel verdwijnt.

Het is een prachtige zomeravond en onder het koken, word ik getrakteerd op de mooiste zonsondergang die ik tot nog toe op mijn reis heb gezien. Het vosje laat zich voor een tweede keer zien, maar na vlug mijn verrekijker erbij te hebben gepakt, is hij al verdwenen en valt mijn blik op een prachtig wit hert, wat mij recht aankijkt, waarna hij majestueus tussen de bomen weg paradeert– wat een avond! Langzaam begint het goed te voelen, om mijn reis ten einde te brengen.

De laatste avond, sta ik op weer een mooie natuurcamping, ‘Klein Hemelrijk’ in Heemskerk. Door omstandigheden ontmoet ik Andre, een tuinder die leverancier is voor de ‘Boeren & Buren’ markt, waar mijn moeder vaak haar boodschappen haalt en krijg ik een tas vol groenten mee, voor mij laatse avondmaal.

Thuis

“Reizen is een manier om vragen te stellen die je thuis niet stelt. Niet per se over het land in kwestie zelf maar over jezelf.”

Herman de Coninck

De ochtend van de laatste dag begint grijs en winderig– een mooie dag om naar huis te keren. Er ligt een behoorlijke etappe voor de boeg, zo’n 28km, maar er is al meer dan 1300km aan mijn voeten voorbij gegaan en ik kan zo laat aankomen als ik maar wil– vanavond blijft mijn tent opgerold in zijn zak.

Het grijze wolkendek trakteert mij op miezer en buien, maar ik geniet er eerder van, dan dat het mij deert. Voorbij Uitgeest, haal ik bij Monument ‘De Kleine Molen’ een gratis kopje koffie en een heerlijk stuk appeltaart. De koffie is gratis, want het blijkt monumentendag te zijn– toevallig, ik vindt de dag van mijn terugkeer naar huis ook wel monumentaal.

Bij Krommeniedijk stap ik het volgende monument binnen, ‘De Hervormdekerk’ en blijf daar een tijdje, om tevens te schuilen voor een wat fiksere bui. Als het droog is, vervolg ik mijn weg naar voetveerpond Molletjesveer en loop over de stammeerdijk naar Spijkerboor. Hier brengt het pondje ‘Jan Hop’ mij naar de overkant van de Rijp en de Beemster.

Ja, dit zijn dan toch echt de laatste kilometers. Ik sta op de Zuiddijk, langs het Noord-Hollands kanaal, wat mij naar Purmerend zal leiden. Na een tijdje te hebben stilgestaan, zet ik mijn benen weer in beweging en loop ik de tien kilometer naar de stad.

Twee uur later is het zo ver en stap ik de het grensbord van de stad over. Via het kanaal wandel ik door, in de richting van de Weidevenne naar mij ouderlijk-huis. Ik heb de afgelopen dagen niet van mij laten horen, dus mijn ouders weten niets van mijn thuiskomst. Na twee keer bellen, ga ik maar voor het raam staan– mijn ouders zijn druk bezig met koken en horen de bel niet door het geluid van de afzuigkap.

Dan ziet mijn vader mij voor het huis staan en een brede grijs verschijnt op zijn gezicht. Hij doet de deur open en we vallen elkaar in de armen. Emoties overvallen mij– wat heb ik mijn ouders gemist en wat is het heerlijk om ze weer vast te kunnen houden. Dat is het meest belangrijke en impactvolle wat ik van deze reis heb ervaren– diep verlangen en gemis van mensen van wie ik houd. En na lang en innig te hebben geknuffeld, schuif ik aan tafel voor een simpele maaltijd met mijn familie, en hoewel simpel, heeft het nog nooit zo lekker gesmaakt.

De reis is volbracht, de toch voltooid, ik ben thuis.